Veertigdagentijd en Pasen 2013
Deze Veertigdagentijd lezen we de verhalen uit het boek Samuël. Elke zondag staan we stil op de levensweg bij een gedeelte uit het verhaal van David. Maar De dagen van de week tussen de twee zondagen in gaan de kinderen thuis op weg van de ene dag naar de andere aan de hand van de figuren die de zondag centraal hebben gestaan. Voor elke dag is er een gedachte, een gebed of iets om te doen. Deze levensweg voor thuis loopt door tot Pinksteren en is gemaakt in de vorm van een placemat. Voor een mensenleven wordt vaak het beeld van een weg gebruikt. Dit beeld van de ‘levensweg’ vinden we o.a. terug in het ons bekende ganzenbord. De zeven symbolen: doolhof, brug, gevangenis, put en de zon die we op de zondagen tegenkomen, worden op die manier markeringsmomenten om ervaringen terug te halen en te verwerken. In de kerk laten we de levensweg zien met stapstenen. Elke zondag staat er een gebeurtenis centraal aan de hand van een symbool op de levensweg. De eerste zondag staat het doolhof centraal. Samuël moet een nieuwe koning kiezen, maar wie?
De tweede zondag staat de brug centraal. David en Saul staan tegenover elkaar. Hun positie is onoverbrugbaar.
De derde zondag zien we een paleis, het centrum van de macht. Bastseba komt als figuur naar voren. Ook David die inmiddels koning is.
Op de vierde zondag zien we de put. David zit figuurlijk in de put. Hij maakt zich zorgen om zijn zoon. Een wijze vrouw helpt hem om weer op te krabbelen.
Op de vijfde zondag wordt de gevangenis zichtbaar. Absalom zit vast in zijn eigenwaan. Hij wil uitbreken en koning worden. De zesde zondag staat de ezel centraal.
Op Pasen staat de zon centraal. De zon gaat over ons op.
De kinderen deelden gele tulpen uit.
God maakt een weg door dood en verdriet.
| ||
terug | ||
Eredienst
08-09-2024
om
10.00 uur
meer details
Klusteam
10-09-2024
om
09.00 uur
meer details